Muziekspelers met een netwerkaansluiting zijn bezig aan een duidelijke opmars. En dat is niet onlogisch: ze maken het mogelijk om muziekbestanden die op je pc of netwerkschijf staan weer te geven op je hifi-installatie. Daar zitten heel wat voordelen aan vast, in de eerste plaats op het vlak van gebruiksgemak. Maar er pleiten nog heel wat meer zaken in het voordeel van streaming audio…
Een typische oplossing voor streaming audio bestaat uit drie onderdelen: een harde schijf voor de opslag van muziekbestanden, een netwerkspeler die de bestanden decodeert en een computernetwerk voor de communicatie tussen beide toestellen. In de praktijk zijn er echter wel wat variëteiten op dit thema. Zo bestaan er oplossingen waarbij de harde schijf en de netwerkspeler in één apparaat geïntegreerd zijn, zodat een netwerk niet langer noodzakelijk is om muziek naar de speler te sturen. Toch blijft een netwerkverbinding ook in zo’n situatie erg nuttig, onder meer om naar radiostations op internet te luisteren.
Aan de andere kant is het ook mogelijk om meerdere netwerkspelers te koppelen aan één centrale harde schijf. Dat maakt ze erg aantrekkelijk voor multiroomtoepassingen. Aangezien er verschillende streams tegelijk weergegeven kunnen worden, is het perfect mogelijk om in ruimte A naar album X te luisteren en in ruimte B naar album Y. Maar als je een feestje hebt, kun je net zo goed naar alle netwerkspelers dezelfde muziek sturen.
,
De harde schijf is de ruggengraat van een streaming audio-systeem met netwerkspelers: ze biedt plaats aan je volledige muziekcollectie. Maar een doorsnee harde schijf verbind je natuurlijk niet zomaar met een netwerk, aangezien ze niet over een ethernetaansluiting beschikt. Een NAS (Network Attached Storage) heeft zo’n aansluiting wel aan boord; in de vakhandel vind je een uitgebreid aanbod van deze netwerkschijven. De harde schijf die in je computer zit kan natuurlijk ook dienst doen.
Overigens hoeft het niet noodzakelijk om één harde schijf te gaan, het kan net zo goed een cluster van twee of meer harde schijven zijn. Op die manier kan je de opslagcapaciteit verder uitbreiden en/of veiligheidsvoorzieningen treffen voor het geval één van de harde schijven ooit de geest geeft. Dat gebeurt meestal aan de hand van de zogenaamde RAID-instellingen (Redundant Array of Independent Discs), maar het zou ons te ver voeren om daar verder op in te gaan.
Wat we wel willen benadrukken, is dat je het belang van een reservekopie niet mag onderschatten wanneer je veel tijd en moeite investeert in het aanleggen van een muziekbibliotheek – jawel, zelfs wanneer je met een NAS werkt met RAID-gegevensbescherming. Maak dus regelmatig een back-up voor het geval er ooit iets mis moest gaan.
Zowel een computer als een NAS heeft specifieke voor- en nadelen. Wie al een computer in huis heeft, kan zonder bijkomende investeringen van start gaan. Bovendien is het meestal een stuk eenvoudiger om een computer klaar te maken voor streaming audio dan een NAS. Het voordeel van een NAS is dat deze onafhankelijk werkt, stiller en compacter is én minder stroom verbruikt dan een computer.
Een NAS-behuizing waarin één harde schijf past, haal je al voor goed 100 euro in huis (exclusief harde schijf). Opteer je voor een exemplaar waar vier of meer schijven in passen, dan betaal je al snel zo’n 400 euro. Bekende fabrikanten van NAS-oplossingen zijn onder meer Synology, Qnap, Linksys en LG.
Het netwerk dat de harde schijf en netwerkspeler met elkaar verbindt, kan bekabeld zijn, draadloos of een combinatie van beide.
Het netwerk wordt overigens niet alleen gebruikt om gegevens van de harde schijf naar de muziekspeler(s) te sturen, maar ook om internetradiostations te ontvangen en eventueel cover-art binnen te halen. Soms is het ook mogelijk om op die manier tracks te downloaden van online winkels of specifieke muziekdiensten te gebruiken.
Zelfs al heb je een bloedhekel aan computernetwerken en alles wat daar van dicht of ver op lijkt, dan hoef je nog steeds niet te wanhopen. In zo’n geval brengt een systeem waarbij de harde schijf en de speler in één behuizing zijn ondergebracht uitkomst – een netwerk is dan niet langer noodzakelijk.
,
Netwerkspelers zijn er in veel soorten en maten. En prijzen. Om te beginnen maken we een onderscheid tussen spelers die én audio- én videobestanden kunnen streamen (ook bekend als mediastreamers) en toestellen die enkel voor audio geschikt zijn (audiostreamers).
De eerste groep is om diverse redenen minder interessant voor wie zo’n systeem voornamelijk wil gebruiken voor muziek. De installatie van een mediastreamer is bijvoorbeeld vaak wat complexer, terwijl ook de bediening minder gebruiksvriendelijk is dan bij ‘pure’ audiostreamers – in veel gevallen moet je ze met een tv-scherm verbinden om ze vlot te bedienen. Ook de geluidskwaliteit is veelal net iets minder goed. Dat is meteen ook de reden waarom we in deze koopgids niet verder ingaan op deze ‘allesspelers’.
Audiospelers komen dan weer uit twee hoeken aanwaaien. In de ene hoek hebben we fabrikanten die uit de computerbranche komen of die enkel netwerkspelers voor geluidsweergave maken; in de andere hoek zien we de ’traditionele’ av-fabrikanten. Bekende voorbeelden uit de eerste groep zijn Logitech en Sonos, terwijl we in de tweede groep namen vinden als Philips, Sony, Linn, Naim enzovoort.
Maar ook conceptueel zijn er verschillen: sommige spelers moet je aansluiten op een versterker en luidsprekers – net als bij een cd-speler – terwijl andere over een ingebouwde versterker beschikken. En dan zijn er nog apparaten die ook over ingebouwde luidsprekers beschikken, zodat je ze als een echte alles-in-één oplossing kan beschouwen. Bij die laatste groep vind je overigens veel modellen waarvan de looks en afmetingen doen denken aan een tafelradio, en dat is ook waar ze voor bedoeld zijn.
Binnen hetzelfde concept – je kan spelers met ingebouwde versterkers en luidsprekers natuurlijk niet zomaar vergelijken met modellen die louter als bron dienen – onderscheiden dit soort apparaten zich van elkaar door hun geluidskwaliteit (vaak erg subtiel, met name als je de digitale uitgang gebruikt) en hun bedieningsgemak. In dat laatste opzicht zijn de verschillen erg uitgesproken, waardoor het een belangrijk aandachtspunt is bij de aankoop van een muziekstreamer.
Streaming audio is de laatste jaren ontegensprekelijk in opmars. Maar hoe komt dat eigenlijk? En is zo’n systeem een betere oplossing dan een cd-speler? Het antwoord op die vraag bestaat uit drie luiken: de geluidskwaliteit, het bedieningsgemak en het prijskaartje.
Voor een beoordeling van de geluidskwaliteit bombarderen we de cd voor het gemak tot referentie. Iedereen weet dat een mp3 niet (of net niet, afhankelijk van de compressie-instellingen en het gehoor van de luisteraar) de geluidskwaliteit van de originele cd evenaart. Bij een aantal andere bestandsindelingen zoals Flac en Apple Lossless ligt dat anders.
Deze lossless-formaten – dat wil zeggen dat er geen informatie wordt ‘weggegooid’ om het bestand compacter te maken – vragen weliswaar wat meer opslagruimte dan lossy-formaten zoals mp3, maar bieden een geluidskwaliteit die identiek is aan die van de originele cd waar je de bestanden af hebt geplukt. Gezien de lage prijs van opslagruimte (een SATA-schijf van 1,5 TB vind je voor minder dan 100 euro) is een lossless-muziekbibliotheek dan ook de ideale route voor muziek in de woonkamer.
Wil je je verder verdiepen in de wereld van bestandsformaten voor muziekopslag, zowel lossy als lossless, dan sla je er ons achtergrondstuk over audiocodecs best even op na.
De opslag en het bestandsformaat van muziekbestanden zetten dus geen rem op de potentiële kwaliteit, maar de netwerkspeler zelf mag natuurlijk ook geen bottleneck zijn. Als je het signaal langs de digitale uitgangen van de netwerkspeler naar een extern toestel (bijvoorbeeld een losse DAC of een degelijke av-receiver) stuurt, zit het daarmee wel snor. Bij gunstig geprijsde streamers is het langs de analoge uitgangen haast altijd iets minder goed gesteld met de geluidskwaliteit, wat veel te maken heeft met de kwaliteiten – of het gebrek daaraan – van de ingebouwde D/A-omzetters en analoge uitgangscircuits van zo’n speler.
Dat ook veeleisende hifiliefhebbers die het geluid van kostbare cd-spelers gewend zijn massaal overstappen op streaming audio, zegt veel over het potentieel van dergelijke systemen. Die trend zien we zelfs bij sommige high-end fabrikanten terug: het Schotse Linn is zelfs volledig gestopt met de ontwikkeling en productie van cd-spelers, en legt zich tegenwoordig volledig toe op zijn aanbod muziekstreamers.
Het is zelfs mogelijk om de geluidskwaliteit van de cd ruimschoots te overtreffen met streaming audio, maar dat kan alleen met hogeresolutiedownloads met een grotere bitdiepte en hogere samplefrequentie. Dat aanbod is op dit moment nog erg beperkt, en lang niet alle netwerkspelers kunnen deze bestanden uitlezen.
,
Het bedieningsgemak van een netwerkspeler is totaal niet te vergelijken met een cd-speler. Juist daar zit de grote aantrekkingskracht van streaming audio: geen kasten vol cd’s die plaats opeisen in de woonkamer, niet langer rechtstaan om een kwartier te zoeken naar het juiste schijfje.
Alle informatie over je muziekcollectie – namen van artiesten, tracks en albumtitels – wordt automatisch mee bewaard in een database waarin je vrijelijk kan snuisteren. In veel gevallen kan dat zelfs vanuit je luie zetel, met een afstandsbediening met touchscreen of een smartphone in de hand. Wat vaak ook mogelijk is, is ‘bladeren’ doorheen de albumhoezen uit je collectie.
De ingebruikname van een netwerkspeler begint nochtans niet echt prettig, want – eerlijk is eerlijk – een systeem voor streaming audio installeren is toch wel wat complexer dan simpelweg een nieuwe cd-speler aansluiten. En dan hebben we het nog niet gehad over het aanleggen, organiseren en beheren van je digitale muziekcollectie. Maar eens het zaakje naar behoren draait, werkt het als een zonnetje.
En het beste nieuws hebben we tot het laatst gehouden: zo’n systeem kan heel betaalbaar zijn. Als je al een computer hebt die je voor de opslag van muziek wil gebruiken en een smartphone voor de bediening van de speler, dan kom je er vaak met een paar honderdtjes (of zelfs minder) vanaf…
Een cd-speler leest tracks vanaf een cd, maar hoe komen muziekbestanden voor je netwerkspeler(s) op de harde schijf van je computer terecht? Dat kan op twee manieren: ofwel ga je cd’s uit je eigen muziekcollectie rippen, ofwel koop je muziek bij online diensten. Het ene hoeft het andere natuurlijk niet uit te sluiten.
Je eigen muziekcollectie rippen (omzetten naar een gecomprimeerd computerbestand) is bijzonder eenvoudig als het om cd’s gaat, bijvoorbeeld met een programma zoals Windows Media Player of iTunes. Muziek van andere dragers kan ook geript worden – denk aan vinyl platen, cassettebandjes, concerten op dvd enzovoort – maar vraagt iets meer tijd en knowhow.
Als je cd’s ript, moet je aangeven in welk bestandsformaat je de tracks wil opslaan. Flac en Apple Lossless zijn de meest interessante opties: de geluidskwaliteit is evenwaardig aan die van de originele cd en de bestanden vragen relatief weinig opslagruimte. Ga wel eerst even na of de netwerkspeler(s) van je keuze dat formaat ondersteunen, iets wat bij Flac meestal geen problemen oplevert maar bij Apple Lossless minder evident is. Daarna kan je de computer automatisch de juiste – oké, een foutje komt wel eens voor – albumnaam, artiestnaam en alle tracknamen laten ophalen, inclusief een afbeelding van het hoesje. Meer komt er niet bij kijken.
Tracks downloaden van bij een muziekdienst zoals de iTunes Store is zo mogelijk nog eenvoudiger. Prettig is trouwens dat je niet verplicht wordt om complete albums te kopen, maar dat je net zo goed ‘à la carte’ liedjes kan kiezen. Je betaalt dan alleen voor muziek die je echt graag hoort.
Er is eigenlijk maar één nadeel verbonden aan deze manier van muziek aanschaffen, en dat is dat het in 95 procent van de gevallen om lossy formaten zoals mp3 gaat. Er zijn uitzonderingen op die regel (neem maar eens een kijkje bij Deutsche Grammophon, Naim Label of Linn Records voor lossless high-res downloads) maar dan gaat het meestal niet om populaire muziek.
Een andere mogelijkheid is het afsluiten van een abonnement bij een muziekdienst zoals B&W’s Society of Sound, waarbij je elke maand recht hebt op een bepaald aantal downloads – desgewenst zelfs in een lossless high-res formaat. Maar ook dat aanbod is spijtig genoeg nog erg beperkt in onze contreien.