Door Philips is een merk dat wereldwijd opereert, daar vertellen we niets nieuws mee. Meer nog, het kwam de afgelopen tijd meer in het nieuws met de verkoop van hele afdelingen aan grote partijen in Azië. En toch zit een belangrijk deel van de 'brains' van het bedrijf dichtbij. In Leuven, bijvoorbeeld.
Op een steenworp van de studentenstad bevindt zich immers het Innovation Lab, iLab voor de vrienden. Daarin huizen vooral ingenieurs met een gezonde passie voor muziek en geluid.
Zij mogen er dagelijks sleutelen aan producten, ze uitmeten en verbeteren. Of beter, aan producten in wording. Hugh Cautley, Director Business Planning & Strategy binnen Philips Consumer Lifestyle: “What could it be, dat is de vraag waarvan we hier vertrekken. Beschouw het als het voortraject van de eigenlijke ontwikkeling en marketing van nieuwe producten.”
Dat betekent allerminst dat de ingenieurs carte blanche krijgen bij het omzetten van hun ideeën in preproductiemodellen. Alle producten binnen de Fidelio-reeks moeten immers rusten op drie pijlers die onlosmakelijk verbonden zijn met het sub-merk: geluidskwaliteit, design en gebruiksgemak.
De eerste twee pijlers zijn best moeilijk verzoenbaar als je weet dat vandaag de dag alles kleiner, slanker en compacter moet. Als je er dan ook nog eens rekening mee houdt dat zowat elk audioproduct vandaag de dag draadloos 'connected' moet zijn met meer dan één apparaat, dan besef je dat ook gebruiksgemak niet zo evident is.
Kortom, het vertalen van die drie basisvereisten in toekomstige producten is een huzarenklus. Maar wel een leuke, als je het ons vraagt.
,
We kregen tijdens ons bezoek een aardig zicht op de manier waarop Philips de audiokwaliteit definieert. Het merk maakt daarbij gebruik van een panel van 'Golden Ears', muziekliefhebbers zoals jij en ik die een leertraject moeten volgen om geluiden te leren onderscheiden en omschrijven. Aan het einde van dat traject moeten ze proeven afleggen om te bepalen of hun gehoor gevoelig genoeg is én om te bepalen of ze in staat zijn gebreken of tekortkomingen te omschrijven in termen waar ingenieurs weer mee aan de slag kunnen.
Dat is een aanpak die je niet vaak tegenkomt in de audiowereld. Veel merken hebben immers één of enkele geluidsspecialisten in huis die de klank van apparatuur bepalen. Die een smoel geven aan het geluid van merk X of Y. Bij Philips kiest men als het ware voor de smaak van de uiteindelijke gebruiker, van de man in de straat.
Golden Ear-panelleden worden regelmatig uitgenodigd voor blinde luistertesten in Leuven. Daar krijgen ze het geluid te horen van de te ontwikkelen Fidelio-producten, én dat van een referentieproduct van de concurrentie. Pas als 65 procent van de Golden Ear panelleden het Philips product beter vindt dan dat van de concurrentie, wordt er verder ontwikkeld. Simpel, maar efficiënt en transparant.
,
Een van de opvallendste producten die we in het Innovation Lab te zien kregen, was de PS1 – niet te verwarren met de Sony-spelconsole.
Deze 2.0-luidsprekerset is het geesteskind van Benoit Burette, de sympathieke Fransman die al tekende voor meer dan één Fidelio product: “Met de PS1 willen we niet alleen een mooi product maken maar ook een speakerset ontwikkelen die een erg weidse soundstage kan koppelen aan een erg ruime sweet-spot.”
Opvallend is de keuze om de tweeter los te koppelen van de luidsprekerkast, een oefening die Philips voor het eerst deed met de SoundSphere-luidsprekers en -dockluidsprekers. De afstand tussen de twee wordt in het geval van de PS1 wel een pak groter – bijna een meter om precies te zijn.
Een korte luistertest leerde ons dat dit effectief een weidse soundstage oplevert in combinatie met een eerder laid-back geluid terwijl de tweeters nogal in your face zijn, letterlijk dan. Wij zijn in elk geval erg benieuwd hoe het finale product zal klinken. Het ziet er in elk geval subliem uit.
,
Tot slot liften we ook een tipje van de sluier die nog over de nieuwe AirTower-luidsprekers hangt. Dit koppel vloerstaanders lijkt op het eerste gezicht eerder klassiek van opbouw, maar wie dichterbij gaat ontdekt op één van beide kasten een slot-in cd-speler, een FM-radio en een dock voor iPhones en iPods. Binnenin de kast zitten ook digitale versterkers verborgen en een ontvanger voor Bluetooth-signalen, met ondersteuning voor apt-X-technologie.
De luidsprekers zelf worden onderling verbonden door één luidsprekerkabel en gevoed door één stroomkabel. In de praktijk fungeert het koppel dus als een hedendaagse alles-in-een muziekoplossing, verpakt als een klassiek ogend koppel vloerstaanders. Het koppel luidsprekers klonk – zelfs in preproductiefase – zoals ze er uit zag: degelijk, uitgebalanceerd en muzikaal.
Wordt ongetwijfeld vervolgd.
