Audiolab is van origine een Schots merk, maar heeft na de start in 1983 al heel wat vijvertjes doorzwommen – inclusief een periode onder de vleugels van het inmiddels ter ziele gegane TAG McLaren.
Met de 8200-serie toont het echter dat het helemaal terug is. Een opvallend groot aantal toestellen uit deze lijn zijn opgebouwd rond de ESS Sabre32 9018 chip, een hoogwaardige 32-bit D/A-converter. In onze testset zit die chip in de 8200DQ, een gebalanceerd opgebouwde voorversterker die door AudioLab als ‘entertainment- center’ omschreven wordt.
Zijn dubbele persoonlijkheid komt het best tot uiting op het achterpaneel, waar drie analoge RCA-ingangen en vier digitale inputs zitten – twee keer coaxiaal en twee keer optisch – aangevuld met een asynchrone USB-aansluiting (type-B) voor een pc. Voor de uitvoer van het signaal zijn een gewone RCA- en een gebalanceerde XLR-uitgang aanwezig.
,
Die laatste is de beste keus om de 8200DQ te verbinden met de 8200MB eindversterkers. Inderdaad, versterkers: het gaat immers om twee aparte monoversterkers, die elk één kanaal voor hun rekening nemen en volgens AudioLab goed zijn voor een forse 250 watt. Dat kan alvast tellen. Nochtans zijn het opvallend smalle toestellen, met een breedte van ongeveer 21 centimeter per stuk.
Zoals meestal het geval is bij eindversterkers, valt er op de achterkant van het toestel weinig spectaculairs te beleven: we zien twee ingangen (RCA en XLR), 12V-triggers en een schakelaar waarmee je kan bepalen of de versterker altijd aan staat of pas in actie komt wanneer hij een signaal ontvangt. De 8200MB volledig uitschakelen kan echter niet.
,
Wat meteen opvalt is de oerdegelijke bouwkwaliteit van dit trio: de behuizingen in geborsteld aluminium doen tegelijk duur en solide aan, het chassis is goed gedempt en alle bedieningselementen maken een degelijke indruk.
Bij de voorversterker vallen ook de vele instelmogelijkheden positief op, met extra’s zoals zeven digitale filters, een aanpasbare tekstgrootte voor het display en de nodige configuratiemogelijkheden voor de in- en uitgangen.
Ze bedienen kan ook met de meegeleverde afstandsbediening, een mooie verschijning. Ondanks de vele kleine knopjes laat ze zich vrij eenvoudig hanteren, al is de drukactie van de toetsen eerder hard.
,
Bij onze luistertest valt meteen op dat er écht behoorlijk wat punch schuilgaat achter deze combinatie. Dat vertaalt zich in een goede dynamiek, een zekere rust in het geluid en een uitermate gecontroleerd laag. Het geheel klinkt ook ongemeen gedetailleerd, op het analytische af – met name wanneer het digitale luik van de voorversterker wordt aangesproken.
Met sommige filterinstellingen wordt het zelfs iets te veel van het goede om honderd procent relaxed te luisteren – nu en dan lijkt het geluid hoorbaar te 'verharden' – maar met andere filterstanden klinkt het dan weer uitstekend. Experimenteer er dus zeker even mee.
Als geheel is dit Audiolab-trio van heel wat markten thuis: het totaalplaatje komt steeds gedetailleerd en levendig over, en ook de kanaalscheiding mag er duidelijk wezen.
,
Zetten we de prijs er even naast, dan vinden we deze combinatie beslist waar voor het geld bieden. Meer nog, ze is zelfs uitgesproken betaalbaar voor een set met twee mono-eindversterkers en een losse voorversterker, die bovendien over een hoogwaardige, ingebouwde DAC beschikt.
,
Voor alle details over de Audiolab 8200DQ en 8200MB kan je terecht op de officiële website van Audiolab of op de website van New Transtec.