Laat ons wel wezen: niemand houdt van de beperkingen die kabels met zich meebrengen. Bij een hoofdtelefoon vallen die nog harder op dan bij ‘statische’ apparaten, aangezien je er om de haverklap mee wordt geconfronteerd wanneer je een hoofdtelefoon in de woonkamer gebruikt.
Je zou de kabel daar haast kunnen vergelijken met een leiband die je – net als een hondje – verplicht om binnen een strikt afgebakend gebied te blijven. En precies daar ligt de aantrekkingskracht van draadloze hoofdtelefoons: bewegingsvrijheid.
Gedaan met knopen uit de kabel halen, vervelend dicht bij de tv zitten of verlengkabels gebruiken die onbedoeld dubbelen als boobytrap voor je huisgenoten.
,
Helaas blijft het weghalen van een kabel niet zonder gevolgen. Er komt immers nogal wat bij kijken om een signaal draadloos bij een hoofdtelefoon te krijgen. Dat is bij de RS 220 – de splinternieuwe draadloze topper in het Sennheiser-gamma – niet anders, al heeft de Duitse fabrikant het wat slimmer aangepakt dan we gewend zijn bij draadloze sets.
Zo is de zender een multifunctioneel onderdeel in de ruimste zin van het woord: de ranke, fraai gelijnde mast doet ook dienst als steun én als automatisch laadstation voor de hoofdtelefoon, die je er simpelweg over kan hangen. Vooraan zien we alleen twee aanraakgevoelige toetsen voor de bronkeuze en activatie op de staander, maar achteraan heerst een drukte van jewelste. In de voet zitten twee digitale aansluitingen – een keer op coax, een keer optisch – en een analoge, telkens dubbel uitgevoerd met een inen uitgang.
Bronnen aansluiten op de zender en ze van daaruit doorlussen naar het toestel waarop je ze anders zou aansluiten is daarmee perfect mogelijk. Je verliest dus geen ‘aansluitingen’ op je bronnen, en belangrijker: het zorgt ervoor dat je muziek kan beluisteren zonder dat je versterker of tv aan staat.
Voor de signaaltransmissie maakt de RS 220 gebruik van digitale technologie, waarbij data ongecomprimeerd op de 2,4 GHz-band wordt verstuurd. Dat betekent concreet dat je ofwel een perfect signaal ontvangt, ofwel helemaal niets. Ruis is echter uitgesloten. Sennheiser onderstreept overigens dat het heel wat aandacht besteedde aan de zendtechnologie met het oog op een optimale geluidskwaliteit, met name in de manier waarop de ontvanger de digitale dataoverdracht afhandelt en omzet naar het analoge domein.
De fabrikant claimt een maximaal zendbereik van 100 meter in perfecte omstandigheden (lees: zonder stoorzenders) en 30 meter in huis. Bij onze test blijken die claims duidelijk te positief.
In huis blijft de ontvangst beperkt tot een meter of twintig, maar in enkele uitzonderlijke gevallen komt er zelfs na een tiental meter al een einde aan de pret. Dat is een tegenvaller; onze oude Philips SBC-HD1500U (onze referentieset op draadloos vlak) doet het aanzienlijk beter in precies dezelfde omstandigheden.
,
Op papier is het niet zo moeilijk om een zender en miniatuurontvanger te bouwen, maar een voeding in een hoofdtelefoon integreren is minder evident. Althans, wanneer je de afmetingen en het gewicht van de hoofdtelefoon binnen de perken wil houden. Toch is Sennheiser daarin geslaagd: twee minuscule, herlaadbare NiMH-accu’s zorgen ervoor dat je ongestoord een avondje kan luisteren voor de batterijen herladen moeten worden.
Het gewicht (329 gram) blijft daarbij mooi onder controle, en door de accu’s slim over de beide zijden te verdelen – een in elke oorschelp – is ook de gewichtsverdeling perfect. Die miniaturisatiedrang zorgt ervoor dat de afmetingen niet abnormaal groot uitvallen; ze sluiten netjes aan bij die van pakweg een Sennheiser HD598.
Dat alles draagt bij aan het uitermate aangename draagcomfort, dat werkelijk op topniveau staat. De luxueus gepolsterde oorkussens en prima gedempte hoofdband maken het mogelijk om de RS 220 uren aan een stuk te gebruiken zonder dat pijntjes de kop opsteken. Ook de druk op de oren blijft beperkt, maar dat betekent wel dat de Sennheiser niet muurvast op je hoofd verankerd zit.
Voor wie de RS 220 wil combineren met een Wii, Kinect of PlayStation Move spelconsole kan dat een nadeel zijn – je staat er beter niet wild mee te springen – maar verder biedt het alleen maar voordelen.
Voor de bediening zijn op beide behuizingen de nodige druktoetsen aangebracht, zodat je eenvoudig het volume, de bronkeuze en zelfs de links/rechts-balans kan bijstellen.
Opvallend is overigens dat Sennheiser bij de RS 220 voor een open constructie kiest, wat inhoudt dat de drivers in de behuizingen niet hermetisch afgesloten zijn van de buitenwereld. Dat zie je frequent bij hifigerichte, bekabelde hoofdtelefoons, maar bij een draadloze set is het eerder zeldzaam. Gelukkig leidt het niet tot overmatig ‘lekken’ van geluid naar de directe omgeving – er wordt meer demping gebruikt dan bij open hoofdtelefoons zoals de HD600 of HD650 van dezelfde fabrikant.
,
Bij onze luistertest blijken de ronkende termen die Sennheiser bovenhaalt om de RS 220 te omschrijven niet uit de lucht gegrepen: hij klinkt écht goed. Althans, wanneer je een bron digitaal aansluit, want dat blijkt essentieel om het volle potentieel aan de RS te onttrekken.
Je krijgt dan een opvallend zuiver geluid te horen, dat aanzienlijk luchtiger en transparanter is dan we tot nu toe bij draadloze hoofdtelefoons hoorden. Onze testtracks worden ook verrassend gelaagd en relatief breed uitgesmeerd neergezet, iets wat je normaal gezien alleen bij degelijke bekabelde hoofdtelefoons hoort.
Aan de klankbalans merk je meteen dat Sennheiser de RS 220 als all-rounder positioneert. Zo zit er wel wat gewicht en impact in de bassen wanneer we Puss in Boots bekijken of het heelal trachten te redden in een spelletje Mass Effect 3, maar nooit in die mate dat het naar goedkoop effectbejag neigt. Het klinkt allemaal opvallend evenwichtig en volwassen.
Maar hoe goed de RS 220 ook presteert naar draadloze normen, een echte concurrent voor hoofdtelefoons zoals een Beyerdynamic DT880/990, AKG K701 of de HD600/650 uit eigen huis vinden we het niet.
Daarvoor ontbreekt het de RS toch nog aan dat beetje extra – de kleine nuances, totale transparantie en maniakale resolutie – die een goede hoofdtelefoon onderscheidt van een uitstekende.
,
Dat de RS 220 als totaalpakket heel wat mensen zal weten te overtuigen, leidt voor ons geen twijfel. Hij is comfortabel, gebruiksvriendelijk, zit mooi en slim in elkaar, en klinkt bovendien prima.
Perfect is hij echter niet. Zo hadden we graag een aanzienlijk groter zendbereik gezien en betere prestaties met analoge bronnen, die nu duidelijk minder goed klinken dan digitale.
Tel daar nog het prijskaartje bij van net geen 400 euro, en één ding blijkt alvast niet veranderd te zijn: draadloos muziek beluisteren in alle comfort blijft een dure zaak.