Geluid

Review: Bowers & Wilkins C5

Toen Bowers & Wilkins ruim een jaar geleden met de P5 hoofdtelefoon op de proppen kwam, keken we even verrast op. Het bouwen van een goede hoofdtelefoon blijft immers een aparte, gespecialiseerde discipline – iets heel anders dan het ontwerpen van hoogwaardige luidsprekers.

Maar B&W bleek donders goed te weten waar het mee bezig was: zowel bij het grote publiek als bij de vakpers werd de P5 een hit, en onlangs zette een EISA-award de kroon op het werk.

Kortom, een allesbehalve slechte binnenkomer in het hoofdtelefoonsegment.

,

Dat recente succes smaakt duidelijk naar meer, want met de C5 introduceert B&W alweer een tweede hoofdtelefoon. Geen on-ear ontwerp zoals bij de P5 dit keer, maar een compacte in-ear hoofdtelefoon. Hoewel, helemaal correct is die typering niet echt.

De oordopjes van de C5 worden immers minder diep in de oorgang geduwd dan bij normale in-ears. Dat ze toch op hun plaats blijven zitten, mag op het konto worden geschreven van B&W’s ‘Secure Loop Design’, een systeem waarbij de kabel een dubbelrol vervult.

De kabel geeft bij de C5 immers niet alleen het signaal door, maar wordt ook als ooradapter gebruikt. Hij zit in een sierlijke krul om de oortjes heen, in een dikker stukje transparant plastic. Daardoor ontstaat bij ieder oortje een kleine lus die de C5 in de oorschelp vastzet. De grootte ervan aanpassen kan door de kabel te verschuiven in een inkeping op de oortjes, terwijl de plastic huls rond de kabel voor stabiliteit zorgt zonder de kabel al te hard te maken. Het resultaat: een traploos aanpasbare en comfortabele pasvorm op maat van ieder oor.

Het Secure Loop-systeem blijkt in de praktijk overigens even goed te werken als de theorie doet vermoeden. De kabellusjes laten zich amper voelen in de oorschelp maar houden de oortjes netjes op hun plaats, terwijl de C5 veel minder dominant aanwezig is in de oorgang dan gangbare in-ear designs. Daardoor is deze B&W een minder afhankelijk van de meegeleverde siliconen adapterplugs om een goede ‘seal’ te krijgen tussen de oortjes en de oorgang, een noodzakelijke voorwaarde voor elke in-ear om tot goede klankmatige prestaties te komen.

Hoewel ik meestal weinig problemen ondervind met het draagcomfort of de pasvorm van een klassieke in-ear hoofdtelefoon, vermoed ik dat dit weleens een geschikte oplossing kan zijn voor wie klassieke in-ears amper (of zelfs helemaal niet) in de oren kan houden.

Dat de lusjes ook voor een leuke visuele touch zorgen, is natuurlijk mooi meegenomen. Ze zijn zelfs hét onderscheidend element bij de C5, die verder mooi het midden houdt tussen klassiek en modern.

De afwerking (deels in aluminium) en constructiekwaliteit van de C5 laten trouwens een prima indruk na: je merkt meteen dat dit een product is uit een wat hoger prijssegment. Ook de chique verpakking en de meegeleverde accessoires maken dat duidelijk.

Over accessoires gesproken: in de kabel van de C5 is een remote met microfoon verwerkt. Zoals zo vaak is die uitsluitend bestemd voor de iPhone en co – met smartphones of muziekspelers van een ander merk dan Apple heb je er dus niet veel aan.

,

Bij een markant design hoort een technologisch pakket dat op gelijke hoogte staat, moeten ze bij B&W gedacht hebben. Dat vertaalt zich dan ook in een heel aparte opbouw, waarbij B&W’s ‘Micro Porous Filter’-systeem centraal staat. Dat filter fungeert als een soort diffuser in de oortjes, zodat de klank niet alleen in de oorgang maar ook naar buiten toe geprojecteerd wordt. Niet meteen een alledaags gegeven bij in-ears, maar eerder een designingreep die je bij een klassieke open hoofdtelefoon verwacht.

Die aanpak moet voor een ruimtelijker geluid zorgen dan wat we gewend zijn van in-ears, en daarin stelt de C5 niet teleur. Door de meer gespreide afstraling van het geluid wordt de weergave minder eendimensionaal. De C5 houdt verschillende instrumenten in drukke passages van tracks ook aardig uit elkaar, wat de weergave een stukje natuurlijker maakt. 

Analytisch klinkt de C5 echter niet – B&W lijkt net als bij de P5 voor een balans te kiezen waarbij muziek in de eerste plaats homogeen overkomt, al gaat dat heel af en toe gepaard met een gevoel dat het laatste restje detail achtergehouden wordt. Met een mobiele speler als bron zal je dat echter nooit als een beperking ervaren.

Bij onze test merken we overigens dat het filter ook een bijwerking heeft: de C5 laat wat meer geluid naar de buitenwereld doorsijpelen dan een doorsnee in-ear hoofdtelefoon. Het neemt geen extreme vormen aan, maar je buurman op de trein of op het vliegtuig zal je wel iets sneller bedenkelijk aanstaren dan met een alledaags setje in-ears zodra je het volume enthousiast opdrijft. Vreemd genoeg voldoet de isolatie van omgevingsgeluid wel aan de verwachtingen; die zit gewoon in de middenmoot.

Wanneer we verder aan de slag gaan met onze testtracks, merken we dat ook de tonale balans van de C5 op goed gekozen compromissen berust. Zo krijgt de laagweergave bijvoorbeeld een klein duwtje in de rug. Niet zo sterk dat het storend wordt, maar wel genoeg om duidelijk merkbaar te zijn in vergelijking met neutralere in-ears zoals de Ultimate Ears TripleFi 10.

Onderweg is dat zeker geen nadeel: met Plastic Beach van Gorillaz in de afspeellijst krijgen we bij een eerder bescheiden volume bassen te horen waar een aangename drive achter zit, terwijl minimalistischer werk – we luisteren onder meer naar The Private Collection van Charlie Haden en All the Ghosts van Gwyneth Herbert – er geen hinder van ondervindt.

Stemmen klinken wat dikker en staan ook iets verder op de achtergrond dan we gewend zijn – ongetwijfeld een gevolg van de ruimere afstraalkarakteristiek – zodat je al snel het gevoel krijgt dat de C5 muziek minder nadrukkelijk onder je neus wrijft dan heel wat andere in-ears.

Laat dat overigens geen aanleiding zijn om te gaan denken dat deze B&W uitgesproken laid-back zou zijn, want dat is niet het geval. In tracks zoals Jimi Hendrix’ ‘Voodoo Child’ zet de C5 met plezier z’n tanden en merk je dat er voldoende pit in het hoog zit om alles interessant te houden.

Net zoals de P5 een all-round pakket dat heel wat kopers zal weten te plezieren, met andere woorden.

,

Laten we niet om de pot heen draaien: de C5 mag dan wel het goedkoopste product zijn waar het B&W-merklabel op staat, met een adviesprijs van 179 euro is het niet meteen een goedkope hoofdtelefoon.

Hij heeft echter ruim voldoende troeven in huis om dat prijskaartje te verantwoorden, zowel op esthetisch, technisch als klankmatig vlak.

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.