Mobile

Review: Sony S Android-tablet

Om te beginnen is er de vorm. De S is geen klassieke, platte rechthoek met dunne randen, maar – vanaf de zijkant gezien – een trapezium. Het scherm ligt dus niet plat, maar helt wat naar voren. Volgens de designers van Sony is de tablet daardoor gemakkelijker te gebruiken op de schoot of als het toestel op een tafel ligt. Ik geef ze gelijk; een tekstje typen op de S verloopt inderdaad comfortabeler, en in de zetel een filmpje bekijken vereist niet per se dat je een been over het andere zwiert.

Globaal genomen zit het goed met de afwerking: de S oogt solide en voelt ook zo aan, terwijl de achterkant met zijn antislipafwerking een goed vondst is. Als ik een vergelijking zou moeten maken met de concurrentie, zit de S op een hoger niveau dan pakweg de Samsung Galaxy Tab of Acer Iconia A500, maar onder de Apple iPad 2 of RiM PlayBook. Een paar details op ons (preproductie)toestel zijn wel voor verbetering vatbaar, zoals het klepje dat de SIM-sleuf en geheugenkaartlezer verbergt. De plastiekerigheid daarvan staat in schril contrast met de rest van de behuizing.

Knap is dat de randen van de S links en rechts een paar millimeter uitsteken, waardoor de volumeknoppen, aan-uittoets, hoofdtelefoonaansluiting en sleuven uit het zicht liggen. Tegelijkertijd zorgt dat design er voor dat je geneigd bent om de S vooral in liggende oriëntatie te gebruiken, en niet in portretstand. Het kan natuurlijk wel.

Het scherm met een diagonaal van 9,4 inch heeft een wat ongewoon formaat. De iPad 2 doet zijn ding op eentje van 9,8 inch (een klein verschil dat je niet echt merkt), sommige andere Android-tablets pronken met 10,1 inch. Het gewicht van 600 gram is zeker niet te zwaar en maakt het nog mogelijk om de S in één hand te houden terwijl je hem gebruikt. Dat komt vooral omdat het zwaartepunt zich wat naar achter bevindt.

,

De S draait Android 3.1, een recente maar niet dé meest recente update van ‘Honeycomb’. Daarmee heeft Sony nog steeds een streepje voor op een aantal concurrenten, die uit de verpakking komen met Android 3.0. Zoals de Samsung Galaxy Tab 10.1v, die sterk gepromoot wordt via Belgacom. In theorie kunnen die concurrenten gemakkelijk hun producten updaten door een download aan te bieden, maar in de praktijk blijkt dat helaas niet altijd te gebeuren.

Maar goed, de S gebruikt dus Honeycomb. Doorgaans is de Android-ervaring weinig verschillend tussen de diverse merken, tenzij een fabrikant beslist om een extra grafische ‘schil’ toe te voegen om een ander uiterlijk te creëren. Zoals de TouchWiz-laag die Samsung aan sommige tablets cadeau deed.

Sony blijft op dat vlak eerder conservatief, in de zin dat Honeycomb op de S er vrij klassiek uitziet. De visuele tweaks zijn eerder beperkt, maar er zijn wel een aantal eigen apps die worden meegeleverd, evenals enkele games.

Honeycomb wil ook zeggen: ‘Android geschikt voor tablets’. An sich kun je op de S eigenlijk nagenoeg alle Android-apps draaien. Dat zijn er veel, meer dan 300.000. Maar slechts een klein deel daarvan is echt geoptimaliseerd voor een groter tabletscherm. Hun aantal groeit, dat wel, maar op dat vlak kan Honeycomb niet wedijveren met de App Store van Apple. Daar staat tegenover dat Android zeer goed integreert met de Google-diensten. Log in met je Google-gegevens en je hebt direct toegang tot je Gmail, Picasa-albums, Google Reader-account en meer.

,

Sony heeft in elk geval goed begrepen dat je uit de band moet springen om een kans te maken met een tablet. Want of je het nu leuk vindt of niet, er worden vooral iPads verkocht. Bovendien lijken de verschillende tablets met Honeycomb qua functies sterk op elkaar.

Hoe hebben de Japanners dan voor voldoende onderscheid gezorgd om de aandacht van de consument te trekken, los van de aparte vorm van de S? Voornamelijk door in te zetten op hun klassieke troeven: Sony is een sterke AV-merk is én beschikt over een mediapoot.

Om te beginnen heeft de S een infraroodzender, waardoor deze tablet ook als afstandsbediening kan werken. Gewoon de juiste app opstarten, aangeven wat voor toestel je wil bedienen, dan het model, en je bent vertrokken.

Goed nieuws is dat de afstandsbediening relatief universeel is. Je kan dus ook toestellen van andere merken bedienen, al is de lijst van ondersteunde tv’s en andere apparaten bij pakweg Samsung niet echt gespecificeerd en bij Sony uiteraard wél. In plaats daarvan krijg je bij een concurrerend merk de keuze om een aantal standaard afstandsbedieningschema’s van dat merk uit te proberen. In het ergste geval kan je ook het oude kastje tegen de S houden en de tablet langs die weg de commando’s aanleren.

De Remote control-app kan verschillende toestellen aansturen, maar sommige features die je kent van een universele afstandsbediening ontbreken. Zo kan je apparaten niet groeperen of macro’s instellen. Het is dus niet mogelijk om met één druk op de knop bijvoorbeeld de AV-receiver en Blu-ray-speler in te schakelen, de juiste in- en uitgang te selecteren op de AV-receiver en tv, en de speler te starten wanneer je een film wil bekijken. Hopelijk brengt Sony die functie in een update voor de Remote-app.

Er is trouwens geen integratie met Sony’s eigen Media Remote-app, een andere toepassing die over een WiFi-netwerk bepaalde Blu-ray-spelers en Sony-tv’s met netwerkaansluiting aanstuurt. Je kan die app natuurlijk wel op de S gebruiken (wat handig is als je tekst of een URL wil invoeren op een Bravia-tv), dus een echt struikelblok is dat niet.

,

Een tweede troef is de DLNA-ondersteuning, die ook mooi geïntegreerd is in de muziek- en videospelers. Een filmpje naar een DLNA-compatibele tv doorsturen vraagt geen complex gesleutel met instellingen. Je drukt op het DLNA-icoon in de mediaspeler, waarna de S het netwerk scant en eventuele DLNA-spelers bovenaan het scherm toont. Dan is het gewoon een kwestie van het filmpje met de vinger naar dat toestel te slepen. De muziekspeler werkt op vergelijkbare wijze om muziek naar een draadloze speaker te ‘gooien’.

Tegelijkertijd met de voorstelling van de S op IFA, herlanceert Sony zijn online mediadiensten. Alles komt onder de Qriocity-paraplu te zitten, ook in onze contreien, en werkt nauw samen met de Sony-tablet. Toen we de S testten, waren deze diensten nog niet beschikbaar – daar moeten we dus op terugkomen. Idem voor de ingebouwde Reader-app, die (mogelijk ook bij ons) toegang geeft tot een e-boekenwinkel.

Wat wel mooi werkt, is de mogelijkheid om via de PlayStation Suite games van de PlayStation One te spelen. Bij de S worden trouwens enkele games geleverd: Crash Bandicoot en Pinball Heroes.

,

En hoe zit het met de prijs? Dat zit wel snor, in de zin dat Sony wijs genoeg is om rekening te houden met de prijsstelling van de iPad. Om niet te zeggen: door ze gewoon te spiegelen.

Voor een S met 16 GB en WiFi aan boord betaal je 479 euro, identiek hetzelfde bedrag als voor de gelijkaardige iPad 2. Verder verschijnt er een 32 GB WiFi-toestel (579 euro) en een 16 GB model met 3G (599 euro).

Op het 3G-model is het wel wachten tot medio november, terwijl de WiFi-versie reeds eind september in de winkels ligt.

,

Klik ook even door naar onze videoreview van de nieuwe Sony S. Door te klikken op het onderstaand beeld of deze link opent zich een nieuw venster waarin je de video kan starten.

 

WEDSTRIJD:
Wil je de Sony S zelf een keer betasten? Dat kan! Je leest er alles over
in dit artikel.

 

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.