Sennheiser grijpt CES dit jaar aan om niet minder dan dertien nieuwe hoofdtelefoons en in-ears te lanceren. Heel de Momentum-lijn wordt vernieuwd en er verschijnen heel wat draadloze sets, zowel voor thuis als onderweg.
Het grote nieuws is de vernieuwing én uitbreiding van de Momentum-lijn. Sennheiser lanceerde Momentum in een poging om jongere (maar niet jeugdige) consumenten te verleiden met een goede klank verpakt in een stijlvol design. Het was een interessante evolutie, want in tegenstelling tot veel mobiele hoofdtelefoons zijn Momentums niet hypermodern getekend of uitgevoerd in blitse kunststoffen. Materialen als leder en metaal gaven de eerste generatie een zekere luxe-uitstraling.
De vernieuwde lijn, dat aangeduid wordt met (M2), bouwt daar verder op. Waar voorheen er twee varianten waren (modellen geschikt voor over en op de oren), zijn er nu vier Momentum-edities. Hoe Sennheiser aan dat viertal kwam is niet moeilijk te raden: van de twee uitvoeringen is er nu telkens een draadloze versie mét noise-cancelling.
Bij de circumaurale Momentum vallen de grotere en dikkere oorkussens op. De kussens zijn wat asymmetrisch, zodat ze beter over de oorschelpen passen. Bij de on-ear Momentum houdt Sennheiser vast aan kussens van suède-achtige Alcantara. Bovendien krijgen alle versies een hoofdband die je kan plooien, zodat de hoofdtelefoons gemakkelijker op te bergen zijn.
Net zoals vroeger zal de Momentum on-ear 199 euro kosten, terwijl de Momentum voor over de oren iets duurder wordt aan 319 euro. De draadloze versies kosten respectievelijk 349 en 449 euro. Er blijven ook heel wat kleuropties beschikbaar, al lijkt het aantal tinten toch wat beperkter dan voorheen.
Op de CES-beurs wordt ook een Bluetooth-versie van de Urbanite XL getoond (279 euro). De hoofdtelefoon ondersteunt de aptX-codec, voor beter klinkend Bluetooth-audio, en heeft NFC om de koppeling met een telefoon snel te maken.
De vier opvallend gekleurde in-ears die in Las Vegas worden getoond, mikken stuk voor stuk op sportliefhebbers en variëren in prijs van 60 tot 99 euro. Zoals je zou verwachten van sportsets zijn ze bestand tegen zweet en zijn de oortjes behandeld met een anti-bacteriële laag.
,
Vernieuwing is er ook bij de lijn van draadloze hoofdtelefoons voor thuisgebruik. Vier nieuwe modellen zijn gericht op mensen die thuis in alle rust – lees: zonder dat de buurman komt klagen – naar muziek of tv-audio willen luisteren.
De RS 165, RS 175, RS 185 en RS 195 gebruiken alle vier een eigen draadloze technologie van Sennheiser die opereert op 2,4 GHz (net zoals Bluetooth, WiFi en RF). Een belangrijk verschil tussen de modellen is het bereik dat ze bieden, gaande van 30 meter voor de RS 165 tot 100 meter voor de RS 195.
Maar er zijn toch ook nog wat andere significante verschillen. Zo biedt de RS 175 virtuele surroundmodi voor filmliefhebbers en een instelbare bas. Gek genoeg is de RS 185 zelfs een open hoofdtelefoon. Waar draadloze hoofdtelefoons zoals deze meestal gesloten ontwerpen gebruiken om het binnensluipen van omgevingsgeluid én geluidslekken te vermijden, opteert Sennheiser bij de RS 185 voor een open design om een betere hifi-ervaring te bieden.
De nieuwe draadloze modellen starten aan 199 euro en eindigen aan 349 euro. Sennheisers hoogwaardige RS 220-draadloze hoofdtelefoon (hier getest) blijft in het assortiment.
,
Er waren vooraf veel geruchten dat Sennheiser op CES 2015 een nieuw absoluut topmodel zou presenteren, hoger gepositioneerd dan de HD800-referentiehoofdtelefoon. Nu zijn dergelijke geruchten niet echt nieuw. Heel wat liefhebbers zouden graag hebben dat Sennheiser een opvolger zou maken voor de legendarische Orpheus, volgens sommigen de beste hoofdtelefoon ooit gemaakt. Gegeven dat de Orpheus met bijhorende versterker eertijds voor 20.000 dollar plus over de toog ging, zou een nieuwe Orpheus wellicht even astronomisch geprijsd zijn. Maar vooralsnog is er geen spoor te bekennen van een nieuw vlaggenschip.