Redactie

Children of Men

Die Mexicanen! Guillermo Del Toro (Pan’s Labyrinth), Alejandro González Iñárritu (Babel, 21 Grams) en Alfonso Cuarón, de man achter de film van vandaag, kwamen een vijftal jaar geleden uit het niets opgedoken, maar staan nu te boek als grote heren in Hollywood. Waar ze, een beetje schertsend, The Three Amigos worden genoemd.

Maar scherts is eigenlijk uit den boze, want met hun lak aan cinemaconventies maakten ze wel een paar van de zinderendste prenten die we de afgelopen jaren op het grote en kleine scherm mochten bewonderen. Zoals deze Children of Men, een dystopie over Engeland in 2027, in een wereld waarin er al achttien jaar geen kinderen meer zijn geboren. En om de collectieve zielscrisis compleet te maken: de jongste mens op aarde werd net doodgeslagen in een straatoverval.

De wereld is dus naar de knoppen, en dat was onze eigen schuld. Maar Cuarón doet zijn best om tussen de grauwheid toch nog een beetje hoop te doen glimmeren. Daar moet hoofdpersonage Theo Faron (Clive Owen) voor zorgen, een ex-activist en huidig cynicus (zijn periode als activist was gewoon maar om van de grond te geraken, stelt hij ergens halfweg de film), die ondertussen zijn dagen wegslijt en -zuipt als ambtenaar, wachtend op het onvermijdelijke einde.

Maar dan moet hij ineens, in opdracht van zijn ex-vrouw (Julianne Moore), de eerste zwangere vrouw in achttien jaar naar een soort ark met wetenschappers brengen. Onderweg zijn er echter eerst heel wat obstakels te ronden: roversbendes maken het landschap onveilig, en ze moeten ook nog door de in een oorlogsgebied veranderde straten van havenstad Bexhill-on-Sea geraken.

In die laatste locatie, waar soldaten van het Britse leger slaags geraken met een grote roversbende, gebeurt er tegen het einde van de film iets wonderlijks, dat de dualiteit van de menselijke natuur in één lang shot capteert. Maar wat het is vertellen we niét. Kijken!

Zaterdag 29 september op 2BE om 22u30

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.